1. De installatie van een vortex-stroommeter heeft hogere eisen, om de betere nauwkeurigheid en goede werking te garanderen. De installatie van de Vortex-stroommeter moet uit de buurt blijven van de elektromotoren, grote frequentieomvormer, stroomkabel, transformatoren, enz.
Niet installeren op een plaats met bochten, kleppen, fittingen, pompen enz., die stroomstoringen kunnen veroorzaken en de meting kunnen beïnvloeden.
De voorste rechte pijplijn en na de rechte pijplijn moeten onderstaande suggestie volgen.
2. Dagelijks onderhoud van de wervelstroommeter
Regelmatige reiniging: de sonde is een belangrijke structuur van de vortex-flowmeter. Als het detectiegat van de sonde wordt geblokkeerd, of verstrikt is in of omwikkeld is met andere objecten, heeft dit invloed op de normale meting, wat resulteert in onnauwkeurige resultaten;
Vochtbestendige behandeling: de meeste sondes hebben geen vochtbestendige behandeling ondergaan. Als de gebruiksomgeving relatief vochtig is of niet is gedroogd na het reinigen, zullen de prestaties van de vortex-flowmeter tot op zekere hoogte worden beïnvloed, wat resulteert in een slechte werking;
Minimaliseer externe interferentie: controleer strikt de aarding en afschermingsvoorwaarden van de stroommeter om de nauwkeurigheid van de stroommetermeting te verzekeren;
Vermijd trillingen: er bevinden zich enkele onderdelen in de vortex-flowmeter. Als er sterke trillingen optreden, zal dit interne vervorming of breuk veroorzaken. Vermijd tegelijkertijd de instroom van bijtende vloeistof.